The Unspoiled Queen

Vanaf Sint Maarten ligt op een kleine 30 mijl het eiland Saba. Een grote hoge rots die uit het water reist. Sprookjesachtige wolken die rond om de mt Scenery hangen. De hoge klif wanden zijn indrukwekkend en imponerend. Er is ons meerdere malen verteld dat Saba weinig beschutting bied voor bootjes en dat je rekening moet houden met swell. We zijn dus gewaarschuwd. Hoe dichterbij we komen hoe meer we het gevoel krijgen dat we op ontdekkingsreis zijn, dit gevoel moet Columbus ook hebben gehad toen hij het eiland voor het eerst zag, ruw en ongerept. We zijn ook bijna helemaal alleen, er ligt nog een ander bootje te rollen op de deining. Ik zie mijn goede nachtrust meteen verdwijnen. Als we aan een mooring liggen voel ik me nog niet op mijn gemak. Ik vind het spannend. Houd de mooring wel? Akko duikt er nog wel heen maar het is erg diep, van wat hij er van kan zien ziet het er goed uit. De deining valt nog mee en ik probeer binnen in de boot alle geluiden te dempen die door het gewiebel worden veroorzaakt.

Op expeditie

Een slapeloze nacht omdat onze mooring bal onder de boot door werd getrokken. Dit komt omdat we dwars op de wind lagen vanwege de stroming die er staat. De bal bonkt genadeloos tegen de romp, die ook nog eens blauwe strepen achterlaat. We vertrouwen de mooring en gaan met onze dinghy met 2.5 pk naar de haven die 2 mijl verder op ligt. Onwennig stappen we in de dinghy met onze zwemkleding aan. Alles wat niet nat mag worden wordt in een waterdichte tas opgeborgen. We laten Choctaw achter met een onderbuikgevoel, zou ze er straks nog liggen? Door dat we de wind van achter hebben en blijkbaar ook stroom mee, komen we droog aan in de haven. Dat zal op de terugweg wel anders zijn. De haven is niet meer dan een kade achter een break water, waar de ferry komt en een klein vrachtschip die goederen komt laden en lossen. Het inklaren gaat heel soepeltjes en kunnen gewoon Nederlands praten. Dit is de engie plek waar je veilig kan uitstappen en je dinghy met een gerust hart kan achter laten.

De weg die niet aangelegd kon worden

We staan op zee niveau in Fortbay. Er loopt èèn weg steil omhoog naar het eerste dorpje, de Bottom. De enige hoofdweg die van de haven naar het vliegveld loopt, 14 km lang en heeft een hoogte van 488 meter. Helemaal met de hand gebouwd. Ook wel bekend als “the road that couldn’t be built” vanwege de steile kliffen. Het heeft ruim 15 jaar geduurd om deze klus te klaren. In 1947 kwam het eerste motorvoertuig op het eiland. Wij staan nu aan de voet van deze weg en kijken omhoog met een groot vraagteken boven ons hoofd. Naar boven lopen is al een uitputting slag in deze hitte. We steken ons duim op en meteen stopt er een pickup truck. We springen achter in en zijn blij dat we de benenwagen niet hoeven te gebruiken. Zo gaat dat hier op Saba, liften het eiland over! Vol gas en snelheid houden om de steile berg op te gaan. We moeten ons goed vast houden! Ook de leguanen moeten uitkijken als ze willen oversteken want stoppen is er niet bij. Lunch Time! De pickup truck zet ons af bij de chinees. Ik hoor je denken, ook de Aziaten hebben de weg gevonden naar Saba. Ze fungeren ook als kroeg en het is lekker rumoerig. We ontmoeten een oudere Sabaan en krijgen al snel een biertje aangeboden en hij proost met welkom op Saba!

Nat pak

Ik had al een vermoeden, de terugweg naar Choctaw is tegen de golven in. De wind is toegenomen en ook de swell. De golven komen gelukkig niet in de dinghy maar we worden wel nat. Opgelucht om te zien dat Choctaw nog steeds op dezelfde plek ligt te stuiteren. Eenmaal op de boot moeten we nog timen om aanboord te stappen met de swell die er staat. De dinghy word meteen in de davids gehangen. Vaak ligt myott langszij maar met de swell is dat geen goed idee. Normaal is deze exercitie zo gebeurd maar met een wiebelende boot kost het veel tijd en energie. Vooral als het motortje aanboord getild moet worden. Beide mogen geen fout maken anders ligt ons motortje op 15 meter diepte op de bodem van de zee. Gelukkig hebben we dit al heel vaak gedaan en zijn goed op elkaar ingespeeld!

Welkom op Saba

Je moet er wel wat voor over hebben om dit eiland te bewonderen want voor je nachtrust hoef je dat niet te doen, als je met een boot bent natuurlijk want met het vliegtuigje of met de ferry naar Saba bied wel een gegarandeerde nachtrust maar dan mis je wel het avontuur. Met je eigen schip naar saba is wel uniek en daar hoort een beetje ongemak bij. Eenmaal op land is alles vergeten! De mensen zijn vriendelijk en open. Iedereen kent elkaar en zijn in voor een praatje. We verdiepen ons in de wandelroutes en drinken koffie bij Bizzi Bee onder het genot van Hollandse krentenbollen! Checken het weer met de gratis wifi. Vandaag besluiten we om naar het vliegveld te liften. De pickup truck gaat niet tot aan het vliegveld en stappen uit. We komen geen andere autos tegen die helemaal naar beneden rijden. Dat wordt dan toch de benenwagen. Dat geeft mij de mogelijkheid om foto’s te maken! Als ik tegen Akko zeg dat dit vliegveld minimale vluchten heeft per dag en maar 19 mensen per keer kan vervoeren, is het verkeer omhoog ook minimaal. Ik zie ons zelf al omhoog klauteren, …… gelukkig staan er nog genoeg autos beneden. Er is vast wel iemand die ons omhoog brengt, kan misschien even duren. Naar beneden lopen is verder dan we dachten maar we hebben een mooi uitzicht. Ook de landingsbaan is indrukwekkend met maar 400 meter. De kortste commerciele luchthaven ter wereld. Eenmaal bij het vliegveld drinken we een koude cola in de hangar bij Runway 30 in de airco!

Flat point Trial

Nog steeds bij het vliegveld en inmiddels afgekoeld maken we een wandeling naar de tide pools, niet te verwarren met natural pools want hier kun je echt niet even rustig pootje baden en al helemaal niet zwemmen. De oceaan botst hier met alle geweld op de kust en omdat de ruwe lava rotsen steil omhoog gaan, die door de jaren heen zijn uitgesleten perst oceaan zich hier doorheen. Wit kolkend schuim komt op ons af en trekt zich dan weer terug en wat er overblijft zijn kleine poeltje met hier daar een krabbetje en een visje. We klauteren verder en eindigen weer bij het vliegveld, als er net een bestelauto met laadbak staat te lossen. Dit is onze kans om mee te liften naar boven. Nog geen 2 minuten later zitten we achterin en zijn in 10 minuten weer in Windwardside.

Snorkelen in Welshbay

Vlak bij onze ankerplek schijnt een mooie plek te zijn om te snorkelen. Het water is super helder maar wel ruig. Ik vind het niet echt uitnodigend maar Akko herinnerd mij eraan dat als je in het water ligt je er weinig van merkt. Met de dinghy varen we naar een boei waar we myott aan vast binnen en springen in het water. Hij heeft gelijk alle onrust verdwijnt als je in het water ligt. We snorkelen naar een rots partij die een smalle doorgang heeft naar de andere kant. De swell wordt hier door heen geduwd en je ziet het water stijgen en dalen. Het ziet er best wild uit. Langzaam zwemmen we erheen en voor we het weten liggen we voor de opening en worden meegenomen met een golf. Terug kan niet meer. Aan de andere kant liggen rotsen vlak onder het water oppervlak. We voelen de versnelling om er weer uitgespuugd te worden, als Akko schreeuwt,….. zwemmen en zoveel mogelijk naar rechts. De camera bungelt om mijn arm en zwem zo hard ik kan in de slip stream van Akko. Drie grote baracuda’s wachtend op een maaltje en schrikken van ons, ze vinden ons iets te groot om op te eten. Pfff dat was spannend, dat doen we niet nog een keer zeg in stellig. We zien veel grote vis ook schildpadden die bijzonder dichtbij komen en meerdere nurse sharks. Het heet ook niet voor niks shark point!

De Windwardside

Dit is het tweede dorpje vanaf de haven. Hier gebeurd van alles. Het is lekker druk en gezellig! Vanaf hier kun je ook de meeste hikes doen en laten ons informeren. Het Harry L. Johnson museum is een traditioneel huisje uit 1840 waar je terug gaat in de tijd. De vrouw des huizes is net alles aan afsluiten. Als ze ons ziet aankomen opent ze haar deuren weer en verteld enthousiast over de geschiedenis en over haar familie die hier heeft gewoont met negen kinderen. We stellen een vraag aan de juiste persoon en ze verteld ons over de the Crantson’s Antique inn. In die tijd was het een hotel waar Akko met zijn zus en ouders verbleven in 1980. Het is er nog steeds! Maar is nu in gebruik door het ministerie van financiën. De huizen op saba hebben allemaal dezelfde stijl, witte muren met groene shutters en een rood dak. Als we hier door de steegjes struinen komen we veel huisjes tegen die een eigen begraafplaats hebben. Het is nu niet meer toegestaan want wie wil er nu een huis kopen met een grafsteen in de tuin met het idee dat daar iemand begraven ligt. Het is een apart gevoel dat je hier tussen de levende en dode loopt maar toch voelt het vredig. Het is al laat en we willen voor het donker bij de boot zijn. We worden weer netjes afgezet bij de haven en zijn mooi op tijd terug bij de boot. Tom van het Nationaal Marine Park waar we onze mooring fee betaald hebben, krijgen we te horen dat we ook mogen ankeren en dat bied hoop want niet veel later leggen we ons hek anker uit, die ons in ieder geval in de swell houd en we nu alleen op en neer gaan in plaats van heen en weer.

Het hoogste punt van het Nederlands Koninkrijk

Als je naar Saba gaat wil je natuurlijk naar het hoogste punt. Akko vind wandelen wel leuk maar niet te lang en te steil, want dan spelen zijn knieën op. Vaak ga ik met andere cruisers mee als het zo uitkomt. We kiezen een wandeling uit die heet Mas’ Cohone’s Hill trail. Het is een wandeling van 45 minuten en staat bekend voor diegene die niet helemaal naar top willen maar wel een mooi uitzicht willen want de Mt Scenery zit bijna het hele jaar in een wolk. Een ideale wandeling voor Akko! De Mt Scenery bereik je door 1,064 traptredes te nemen die 400 jaar geleden zijn aangelegd. Je bereikt een hoogte van 887 meter. De vulkaan had zijn laatste uitbarsting 5000 jaar geleden en is nog steeds actief maar ze is in een diepe slaap. Als we de trail willen doen die ideaal is voor Akko lopen we ook een stukje over de Mt Scenery trail. Bij de afslag zegt Akko nu we hier toch zijn moeten we als Nederlander toch echt naar het hoogte punt van het Nederlandse Koninkrijk. Ik had mij er al bij neer gelegd dat we dat niet gingen doen, maar ben blij verrast. De trappen zijn steil en bij elke 12 trede stoppen we even om ons bonkende hart te laten kalmeren. Het moet ook leuk blijven. Dat geeft mij weer tijd om foto’s te maken. Halve wegen is een hokje waar je kan zitten en iets kunt schrijven in het logboek. Nat van het zweet en puffend, eten we een wel verdiende krentenbol en gaan weer verder. Na anderhalf uur bereiken we top en het uitzicht is prachtig. We hebben geluk want het is nagenoeg helder! Diegene die vlak na ons komt heeft pech want 10 min na dat ik foto’s heb genomen verdwijnen we in een dikke wolk en zien we niks meer. We besluiten om niet dezelfde weg naar beneden te gaan maar een trail die langer duurd en minder steil is. Dat blijkt een goede zet. We zijn wel stijf na een koud biertje als we neer ploffen op een terrasje maar hebben geen last van de knieën en andere kwaaltjes.

Blijven we langer of niet

Elke dag houden we het weer in de gaten want tropische storm Philippe houd ons in de greep. Na onze wandeling van gister hadden we besloten om langer te blijven. We verhuizen voor de vierde keer maar nu naar de haven. Daar lijkt het rustiger en scheelt ons een nat dinghy ritje. Ook deze nacht breekt ons op en checken het weer nogmaals. Philippe zakt naar het zuiden. We liggen al niet rustig, laat staan wat er nog gaat komen. De Un Spoiled Queen kan ons geen bescherming bieden. Die ochtend besluiten we om te gaan. We houden er rekening mee dat we alles op de motor moeten doen want de depressie Noord van ons zorgt voor een grote windstilte op de Caribische zee. We moeten nog haast maken want het enige tankstation op het eiland gaat op zaterdag om 12:00 dicht. Het is inmiddels 11:15. We verhuizen nogmaals naar een mooring, nog dichterbij de haven en laten snel de Myott zakken. Akko vaart weg met vier lege jerrycans en ik ben benieuwd of ze vol terugkomen. De afstand is 460 mijl naar Curacao. Als we alles op de motor doen, dan gaan we dat net niet halen als onze 4 jerrycans niet gevuld zijn. In de tussentijd maak ik de boot vaarklaar. Als ik Akko terug zie komen en Myott lekker diep in het water ligt weet ik dat de jerrycans gevuld zijn!

Saba naar Curaçao

We gooien los en laten Saba achter ons, langzaam wordt ze steeds kleiner. De reden dat we nu weg gaan is dat we nog wind hebben en die is meer dan voorspelt. Dat is erg fijn want elke mijl die we kunnen zeilen scheelt brandstof. Op onze route ligt de Saba bank een ondiepte die een omvang van 30 mijl heeft. Grote scheepvaart kan hier niet overheen. De dieptes variëren nogal. 20 meter maar soms is het maar 4 meter. Je kan je voorstellen dat golven zich kunnen opbouwen. Door een gijp te maken kunnen we alsnog om de saba bank heen, mochten de golven te hoog worden maar dit is wel een omweg. De Saba bank blijft rustig en zo zeilen we de nacht in. De eerste 24 uur hebben we kunnen zeilen met de wind vanachter, niet heel comfortabel maar omdat wind langzaam minder wordt nemen de golven ook af. De motor gaat aan en laten het bezaan zeil staan voor ondersteuning tegen het slingeren.

Oliezeilen

Elk wind moment wordt benut om onze trouwe perkins een pauze te geven. Nog nooit heeft de motor zolang achter elkaar gedraaid. Ze zee wordt steeds kalmer en het idee word geopperd om te gaan zwemmen in zee als die spiegeltje glad is. Toch ook spannend vinden we allebei als het woordje haaien valt! We gaan in ieder geval om de beurt om alles in de gaten te houden. Het is ongeloofelijk heet aanboord binnen wordt het alleen maar warmer omdat de motor draaid en buiten is er geen zuchtje wind. Omdat we varen hebben we schijnbare wind en besluiten onze windscoop (windzak die de wind naar binnen blaast) voor op het luik te zetten. Dit is een life safer! Het is spelen met de zeilen in combinatie met de motor aan, om zo zuinig mogelijk met onze brandstof voorraad om tegaan en de motor zo min mogelijk te belasten. Uiteindelijk gaan alle zeilen naar beneden en pruttelt ons dieseltje met 1600 toeren over een spiegel gladde oceaan.

We zoeken verkoeling in de oceaan

Het is net of we door een dik olieveld varen, de enige rimpels in het water zijn die van Choctaw. De motor is nog maar net uit en er komt een groepje dolfijnen aan zwemmen die even van hun koers af zijn om te zien wat daar dobbert. Het zwem trapje hangt al uit en een lange drijvende lijn hangt achter de boot. Angst voor haaien komt niet meer bij me op en spring zonder enige twijfel in die oneindige diepe zee tussen de dolfijnen. Ze vinden die vreemde zeenimf maar niks en zwemmen met een grote boog om me heen om vervolgens hun koers te hervatten. Geen haai te zien alleen een kleine vis, waar die nu vandaan komt?Want om ons heen is alleen maar eindeloos diep blauw water. Ook wij hervatten onze koers als Akko de motorolie heeft gechecked!

Bonaire en Curaçao hebben nog wat in petto voor ons.

Na twee dagen voortkabbelend over die vlakke zee en enigzins uitgerust kunnen de zeilen weer gehesen worden en krijgt de motor zijn welverdiende rust. We komen steeds dichter bij land maar zien veel onweer voor ons, heel ver weg. Het blijft ook heel lang ver weg, alsof het vast zit boven Venezuela. Tegen die tijd dat wij daar in de buurt zijn zal het wel weg zijn denken we nog. Als het ochtend word en ik Akko zijn wacht overneem lijkt het maar niet licht te worden. Het slechte weer komt onze kant op. Donkere luchten sluiten ons in en besluiten alvast zeil te minderen. Bonaire ligt ongeveer 60 mijl voor ons. We proberen nog te gijpen om er enigzins voor weg te varen maar dat blijkt onbegonnen werk. We moeten er doorheen. De wind en onweer is genadeloos. Ondanks de harde wind die met 40 tot 60 knopen over ons heen huilt, blijft de zee redelijk kalm door de harde regen. Omdat de wind en regen schuin van achter komen, blijkt onze kajuit ingang niet bestand te zijn tegen deze hevige regen. Ondanks dat de schotjes die erin staan veel tegenhouden loopt het gewoon tussen de sponning door. Ik sta binnen met een handdoek en vang de straaltjes water op, terwijl Akko buiten alles in de gaten houd. Hoelang gaat dit nog duren? We lopen voor de wind weg met 9 knopen het grootzeil kan eigenlijk nog wel een rif gebruiken. Het lijkt alsof we in het oog zitten, dit is het moment om te reven. Akko gaat naar voren klemt zich vast om de mast, als vlak naast ons de bliksem inslaat. Was dit wel zo verstandig vroegen we ons later af. Het onweer slaat om ons heen in, met veel gedonder. Elke minuut is er wel een bliksemschicht te zien. Na dat het tweede rif er in zit en Akko veilig in kuip is besluiten we om allebei naar binnen te gaan en maar hopen dat de bliksem ons niet treft.

Bonaire is inzicht

Choctaw en bemanning komen zonder averij uit de storm! Het word langzaam weer licht om ons heen en niet veel later zien we Bonaire liggen. Blij en opgelucht dat het voorbij is. Nog maar 25 mijl naar Klein Curaçao, hier willen we overnachten omdat we anders in het donker aan komen in Curacao. In Bonaire ligt het hele netwerk plat door de storm. Nog even geen internet voor ons. Toch blijft het de hele dag bedrukkend en heiig in de lucht. Er komt nog wat, zegt mijn gevoel. Akko haalt nog een weerbericht op maar kan hier weinig op zien. Als ik binnen op de bank lig te rusten hoor ik via de marifoon kanaal een gesprek op, tussen een vrachtschip en een helicopter. Iets over een oefening maar ook dat er slecht weer aankomt. Akko kijkt mij aan en zegt, nou ik heb dat niet opgevangen en zie niks op het weerbericht. De wind neemt weer af en als we nog maar amper 3 knopen gaan, gaat de motor weer aan. We hebben inmiddels geen weerbericht meer nodig want we zien het voor ons zwart worden. We halen alle zeilen weg en knevelen alle patrijspoort en luiken en bereiden ons voor op wat er komen gaat. Ik ruim de laatse dingen buiten op als Akko de kustwacht oproept. We willen laten weten dat we er aankomen en wat het beste is om te doen want bonaire en klein Curaçao zijn geen optie meer om te ankeren. De kustwacht zegt, Fuik kun je in het donker aanvaren er ligt betonning en je kunt op geleiden lichten naar binnen varen. Wat het weer betreft, veel regen wind en onweer!……… Akko heeft het gesprek nog niet afgerond of de hemel breekt open maar niet met een stralend zonnetje.

Nog maar 8 mijl te gaan

Daar gaan we weer. Nu met de wind van voren. Onze Perkins moet nu alles geven, vol gas tegen de wind in. Ook nu weer meten 40 tot 60 knopen wind. Choctaw gaat nog maar 1 knoop vooruit. Akko moet met de hand sturen omdat de punt van de boot steeds omwaait en we soms zelfs achteruit gaan. Dit duurd 20 min, dan neemt de wind wat af en maken we met 3 knopen wat meer snelheid, onze bestemming komt maar traag dichterbij. De wind giert door de verstaging en de regen komt horizontaal voorbij. Ook nu weer onweer maar niet zo heftig als de eerste keer, toch blijft het spannend. Zo nu en dan zie we een vlaag land, als langzaam Curaçao opdoemt. Voor ons wordt het licht, achter ons een donker grijze massa. Eindelijk maken we weer vaart en het valt me op hoe snel de zee weer kalm wordt. We varen fuik binnen zonder enige moeite, er is volle maan en de geleide lichten zorgen ervoor dat we zeker zijn om veilig binnen te kunnen varen. Niet veel later gooien we het anker uit en liggen we voor het eerst na 9 dagen weer op vlak water. We slapen zo vast dat we beiden niet wisten waar we waren toen we s’ochtends wakker werden.

Je vaart weg om stormen te ontlopen en gaat er vanuit dat het 4 dagen rustig zeil/motor weer wordt. Wat kan er nu nog fout gaan denk je. Het sluipt er langzaam in, je wordt wat makkelijker in dingen maar dan slaat het weer ineens om. Zo veradelijk. Het is een wijze les, dat je altijd op je hoede moet zijn op zee. Ook al is het windstil en de zee vlak. Alles ging goed en maakte juiste keuzes door optijd te reven. Akko besteed veel tijd aan de motor en laat niets aan toeval over. Deze tocht van 460 mijl in 4 dagen hebben we 55 uur moeten motoren. De motor heeft het fantastiche gedaan maar ook Choctaw heeft zich er kranig door heen geslagen waar soms de boegspriet volledig in golven verdween.

We gaan naar Sint Maarten

Het zat niet in de planning, welke planning vraag ik mijzelf nu af terwijl ik dit schrijf. Want dat veranderd nog al eens bij ons. Twee weken geleden zouden we nog naat Los Roques een eilanden groep voor de Venezolaanse kust. We zijn naar 6 weken Martinique ook wel klaar maar wachten op een bestelling die aankomt in Sint Maarten. Om nu naar het Noorden te varen in het Orkaanseizoen is wel met een risico. Tja is het dapper of gewoon stom zeg het maar! We wachten tot dat we zeker weten dat het paket is aangekomen en houden het weer goed in de gaten. Als het ligt op groen staat vertrekken we nog de volgende dag. Het weer ziet er heel rustig uit en houden rekening met veel motoruren. Bij de kust van Afrika broeit wel iets maar dat duurt nog wel even voor het bij ons is en dan zijn we ook wel weer weg.

Een tussen stop in de Iles des Saints

De zeilen zijn aangeslagen maar het heeft geen zin om ze te hijsen. Onze oude Perkins pruttelt lekker voort over de gladde zee, vlak onder de kust van Martinique. We zijn laat vertrokken en de zon staat al laag. Het is ongewoon heet want de eilanden worden geteisterd door een hittegolf. Het is dan ook heel aangenaam als de zon ondergaat en we eindelijk weer buiten kunnen zitten. Overdag steken we ons hoofd om de beurt naar buiten en checken of alles goed gaat en gaan gauw weer onder de ventilator liggen die over uren maakt. We gaan de nacht in. Er is geen maan maar de lichtjes op het land schijnen ons bij. Ik kijk naar de sterrenhemel die verbazingwekkend helder is, al mijmerend. Als niet veel later de eerste vallende ster valt. Die nacht regent het vallende sterren maar ook het onweer laat zijn lichtflitsen om ons heen schieten zonder gerommel, wat ik wel een fijn idee vind want zou weet ik dat het ver weg is.

Inmiddels staan de zeilen bij om de motor te ondersteunen. We besluiten om een stop te maken in Guadeloupe op het eiland Terre de Basse om de heetste uurtjes te vermijden. We liggen in een klein baaitje met nog 1 ander bootje die hier maar een beetje ligt. Het anker gaat uit en niet veel later liggen ook wij in het water. We snorkelen wat door de baai en worden begroet door schildpadden. Ze zwemmen wat om ons heen op gepaste afstand maar zwemmen niet meteen weg. Wat ons opvalt is dat hier veel conch schelpen liggen die allemaal bewoond zijn. Normaal zijn ze allemaal leeg gehaald door de vissers en wordt de schelp terug gegooid. Het is net een klein dorpje, ze liggen allemaal bij elkaar en als je lang genoeg kijkt zie je ze bewegen. Eenmaal weer aanboord nemen we een douche eten wat en na 6 uurtje gaan we anker op. De zon is bijna onder, tijd om verder te gaan. Guadeloupe is groot en hoog dus de wind is ver te zoeken denken we maar toch staat er een land briesje. Met alle zeilen bij gaan we 3 knopen soms 4, de motor gaat uit en zo drijven we langzaam de goede richting op. Soms valt de wind weg en gaat de motor weer aan maar niet veel later is dat briesje er weer om de zeilen genoeg te vullen om vooruit te gaan.

Eindelijk wind

Als we onder Guadeloupe vandaan komen pikt de wind op, 10 knopen soms 12 en dan weer 8 knopen. Choctaw schiet door het water als de snelheidsmeter 12 knopen aan tikt! Het is fantastische relaxed zeilweer. Door dicht langs de kust de varen zien we alle eilanden. Overdag de groene vegetatie in de nacht alle lampjes die van het land komen. Antigua en Barbuda was voor ons het meest Noord wat we zijn geweest. Nu varen we onder Montserrat en zien we Saint kitts and Nevis voor het eerst van dichtbij. Ook Sint Eustatius met Saba op de achter grond zeilen we voorbij als de zon weer ondergaat.

Aankomst Sint Maarten in de nacht

Zoals gewoonlijk komen we weer aan in de nacht. Dat vond ik in het begin best spannend maar het lijkt nu wel bijna normaal. We varen opzicht maar vooral op de navigatie kaart naar binnen, door een route die we van te voren hebben uitgezet, om alle ondieptes en boeien in kaart te brengen. Om 03:00 laten we het anker vallen in Marigot Bay aan de Franse kant. We zijn opgelucht dat we toch nog hebben kunnen zeilen want we zagen onze diesel al helmaal verdampen. 270 mijl op het log in 60 uur daar hebben we 20 uur de motor van aan gehad. Hier is het inklaren een fluitje van een cent net zoals op de andere Franse eilanden, Guadeloupe en Martinique. Daarin tegen gaat het op het Nederlandse deel heel officieel zoals in meeste eilanden wat meestal een lang proces is.

We hebben een missie

Als we s’ochtend wakker worden zien we Saint Martin bij daglicht. Normaal ligt de baai helemaal vol met boten maar nu tellen we maar 10 bootjes! Iedereen is zuidwaarts om het risico op een orkaan te vermijden. Er is werk aan de winkel. We verhuizen naar een mooring dichterbij de kant en huren een auto voor een paar dagen. Zo rijden we wat af. Als eerst brengen we ons reddings vlot weg om te laten keuren. Gaan we opzoek naar juiste ankerketting en laten we onze gasfles vullen. Er is nog al een verschil tussen de Franse kant en de Nederlandse kant. Voor diesel ga je naar de Nederlandse kant en ook om dollars te pinnen maar voor euro’s ga je weer naar de Franse kant en kun je heerlijk culinaire eten. Voor de rust ga je ook naar franse kant want de Nederlandse kant is meer Amerikaans en vind je casinos en discotheken in overvloed. Beiden delen van het eiland hebben hun eigen stroom en water voorziening maar aan de franse kant word aangeraden om geen water uit de kraan te drinken terwijl dat aan de Nederlandse kant geen probleem is.

Tijd om de toerist uit te hangen

Sint Maarten of Saint Martin. Het ene moment rij je op Frans grond gebied en het andere moment op het Nederlandse, zonder een zichtbare grens over te gaan. Wij hadden dit eiland niet op de planning staan maar zijn blij verrast! We zien niet veel meer van de orkaan Irma die in 2017 overkwam en het hele eiland verwoesten. Nu zie je vooral nieuwbouw en in aanbouw, toch als je door het binnenland rijd zie je nog huizen zonder daken of lege kavels, vooral aan de Franse kant. Nu we wat meer lucht hebben is het tijd om de toerist uit te hangen. Vliegtuig spotten in Maho beach hoort daar natuurlijk bij. Ook maken we een wandeling langs de kust en zoeken verkoeling in een naturel pool. Het is ongelooflijk heet op het moment. Zo nu en dan valt er wel een bui, wat verkoeling geeft. En blijkbaar is dat genoeg voor de rupsen die massaal uitkomen en het eiland om tovert in witte vlinders die overal rond dwarrelen! De sneeuw van Sint maarten zeggen de lokalen een teken dat het orkaanseizoen voorbij is, laten we het hopen🤞🏻

Toch naar Saba.

Ons lijstjes is afgevinkt en zijn klaar om te gaan. We hebben een beetje tijd over en het weer lijkt gunstig om nog een paar dagen naar Saba te gaan. Een wens die dan toch zomaar uitkomt. Want we wilde eigenlijk niet hoger gaan dan Martinique!

“Wordt vervolgd”

“Wingfoilen is als koorddansen”

Is het nu wingen, wingsurfen of wingfoilen, snap jij het nog? Dan heb je ook nog kitesurfen en kitefoilen en old school windsurfen. Voor diegene die er niet in thuis is, zal ik proberen om het verschil uit te leggen. Het oude vertrouwde windsurfen kent iedereen. Grote plank, mast, giek en zeil. Kitesurfen is voor de meeste ook wel bekend een vlieger met een paar lijntjes, door het water gesleept worden op een kleine plank (twintip) Het fenomeen foilen is voor veel mensen nieuw. Een mast met een vleugel die zich onderwater bevind, gemonteerd onder een plank. Of je nu een kite, wing of een windsurfzeil in je handen hebt alles kan gevaren worden met een foilboard. Voor elk type zeil is er een ander soort plank maar het vliegen met een foil komt op het zelfde neer.

Naast kitesurfen doen we ook aan wingfoilen

Akko heeft het “kitefoilen” al een paar jaar onder de knie. Voor mij is “kitesurfen” al een uitdaging genoeg. Het foilen is super gaaf om te zien, geluidloos over het water zweven. Het geeft een kick zegt Akko om dit te mogen kunnen en ervaren. Het “wingfoilen” is echt een hype momenteel de kitesurfers zijn in de minderheid op het moment. Ook wij hebben een wingfoil set aanboord. Voor mij is dit helemaal nieuw. Akko daarintegen kan al foilen en heeft ook windsurf en heel veel kitesurf ervaring. Het zal je daarom ook niet verbazen dat Akko na een paar keer proberen al weg vloog met ons nieuwe wingfoilset!

Al doende leert men

Het wingfoilen is zoveel meer toegangelijk. Veel veiliger dan kitesurfen, voor jezelf maar ook voor anderen. Dat maakt voor mij de drempel om te gaan zoveel makkelijker. Alleen ik moet nu wel gaan foilen! Ik ben inmiddels 20 pogingen verder en dat ging niet zonder vallen en opstaan. Laat staan alle frustratie die erbij komt kijken, wat Akko niet ten goede kwam….sorry schatje! Als ik zoveelste poging achter de rug heb kijk ik een filmpje en wordt mij veel duidelijk. Het wiel zelf uitvinden kost veel tijd, blauwe plekken en energie. Les nemen is nummer 1, oefenen op een groot board en een grote wing. Oefenen met de wing op het strand. Wingfoilen bij 15 knopen of meer, daar onder heeft geen zin, als je het nog moet leren. “Oeps” ik heb het mezelf wel moeilijk gemaakt. Toch, ondanks het langzame proces leer ik wel en verbaasd het mij dat het lichaam zoveel onthoud. De eerste poging kwam ik niet eens op het board als ik dan eindelijk op mijn knieën zat viel ik er aan de andere kant net zo hard weer af en had ik nog niks gedaan met de wing die voor me lag in het water. Een grote plank had daar in geholpen en had ik al gestaan met de wing boven mij hoofd. Poging 4 en al veel frustratie verder sta ik op het board met de wing boven mijn hoofd maar heb geen idee wat ik met dat ding boven mij hoofd moet doen. Als je windsurf ervaring hebt is dit je voordeel. Akko probeert van alles uit te leggen maar dat helpt alleen maar averechts en besluit zijn mond maar te houden. You tube filmpjes helpen aanzienlijk! Nu staat vallen en opstaan nog steeds in het teken van mijn progressie maar mijn balans is al veel beter ik kan me nu bezig houden met de wing en voel hoe ik de wing moet houden ten opzichte van de wind om snelheid te maken. De weersinvloeden zijn ook elke keer weer anders en daar moet je ook op anticiperen. Veel of weing wind, golven en stroming zorgen ervoor dat je weer een nieuwe balans moet vinden. Hebben jullie in de gaten dat ik nog niet eens aan het vliegen ben. Nu ik redelijk snel op het board sta en gang weet te maken met de wing probeer ik uit het water te komen door met de wing een pompende beweging te maken om snelheid te creeeren om het board uit het water te krijgen. Te weinig wind helpt echt niet bij het leren. Ik heb nog niet de techniek om het board te helpen om op foil te komen. Meer wind geeft je lift door de wing en door je wing dan dicht te trekken ga je sneller en kom bijna vanzelf al uit het water. De volgende 6 pogingen ben ik dus al mijn energie aan het verspillen om op foil te komen met te weinig wind en een te kleine wing. De plank van 100 liter had in het begin groter gemogen maar kan ik nu goed handelen. Elke sessie die duurd ongeveer 1.5 uur, dan ben ik gesloopt en weer een paar blauwe plekken rijker. Intussen zie ik overal de wingfoilers voorbij vliegen en vraag me af of ik het ooit ga leren. Het ziet er zo makkelijk uit maar in mijn hoofd is het bijna onmogelijk om de dynamiek tussen board, foil, wing en de persoon te begrijpen.

Cruisers om ons heen die ook wingfoilen en het al onder de knie hebben zien mij en zeggen Liza je bent er bijna maar je wing is gewoon te klein voor de wind die er is. Het waait amper 15 knopen iedereen vaart met een 5 of groter en moet enige moeite doen en ik met 4.3 blijf stug proberen. Ja hoor……. zo nu en dan lukt het mij ook met de weinige wind om te vliegen. al zijn het kleine stukjes, er is hoop! Nu onstaat er een nieuwe balans. Vliegen of door het water varen zijn 2 verschillende disciplines waar het lichaam weer een nieuwe balans moet vinden. Hierbij speelt lichaamsgewicht en voet verplaatsing een belangrijke rol. Als het board uit het water komt is dat vooral de punt, dit moet je compenseren om gewicht naar voren te verplaatsen zodat het board horizontaal boven het water zweeft. Teveel gewicht zorgt dat de voorkant van het board het water in duikt, te weinig zorgt dat het board uit het water wil springen. Dit gaat gewoon gebeuren dus zet je schrap op hard crashen. Alles draait om balans een kleine gewicht verplaatsing van 1 cm is al genoeg om je uit evenwicht te brengen.

Wing surfen nog geen wingfoilen daarvoor moet je vliegen.

Angst komt nu om de hoek kijken. Na eindeloos heen en weer “wingsurfen” dus nog niet foilent. Ben ik nu toch echt klaar om te gaan foilen. Ongecontroleerd schiet dat board onder mij vandaan ik hoop dat ik er maar niet op val denk ik nog en doe mijn ogen dicht. Dat gebeurd dus wel helaas. Geen ernstige verwondingen maar wel schrik en een paar blauwe plekken, nou die kunnen er ook nog wel bij. De schrik zit er goed in en dat draagt niet bij aan mijn leercurve. Nu met impactvest en weer wat pogingen verder heb in de foil enigzins onder controle en val ik nu meer gecontroleerd.

Wind! Er is wind meer dan 15 knopen. Inmiddels zijn we bij poging 16 denk ik, ben de tel inmiddels wel kwijt. Vlagen van 20knopen met meer golven een nieuwe dimensie is vereist. Up wind varen lukt ineens niet meer en dat ging zo goed. De windvlagen zorgen ervoor dat ik van mijn plank af vlieg en drijf al snel af. Akko komt me halen en zegt wat doe je? Geen idee het lukt niet en probeer mijn frustratie te bedwingen. Akko brengt mij up wind waar er minder golven zijn. Het lukt om een nieuwe balans te vinden en ben blij dat ik niet heb opgeven want dat scheelde weinig. Eindelijk merk ik het verschil dat meer wind veel uitmaakt. Door dat je steun hebt van je wing kun je nu meer concentreren op het foilen. Het uit het water komen gaat bijna vanzelf maar nu moet ik blijven vliegen. Spelen met mijn gewicht, voeten op de juiste plek en wing in juiste positie, alles tegelijk. Onmogelijk zoveel dingen te gelijk waar je een balans in moet vinden. Het lichaam is het instaat, ik vind het ongelooflijk en onbegrijpelijk. Na 20 meter vliegen wat in paar seconde voorbij is om dat je zo hard gaat weet ik ineens niet meer hoe ik moet stoppen en vergeet ik alles. Oja wing boven je hoofd gewicht naar voren. Nee inplaats daarvan laat ik me gecontroleerd vallen hoop ik! Yes ik vlieg zou het dan toch zo zijn dat ik het ook ga leren. Echt gecontroleerd gaat het nog niet maar nog even doorzetten dan maar. Op geven is geen optie.

Is dat wingfoilen nu echt zo moeilijk

Ik vind van wel, mischien omdat ik de 40 al ben gepasseerd? Bij 20 pogingen zou je heen en weer moeten kunnen foilen met enige controle. Als je al kan foilen of windsurfen heb je zeker een voordeel en leer je veel sneller. Ook het juiste materiaal en een les zouden veel uitmaken in het snelle leerproces. Ik heb daar niet voor gekozen omdat de lessen ontzettend veel geld kosten. Ook het materiaal is misschien voor beginner aan de kleine kant geweest. Tja…. nog even doorzetten dus.

Een grotere wing doet wonderen

Er ligt een huur catamaran naast ons met Nederlanders. En natuurlijk kunnen zij al wingfoilen. Ze hebben allemaal nieuwe spullen meegenomen uit Nederland! Al snel word duidelijk dat ze wel een grotere wing aan ons willen verkopen. Dat scheelt weer bagage op de terug weg of we er ook een plank bij willen. Een grotere wing is voldoende blijkt. Al snel wordt er geoefend. Van een 4.3 naar een 5.5 is best een verschil. Het is dus even wennen maar al snel heb ik de smaak te pakken. Wat een verschil! ……ik vlieg en ook nog met enige controle zowel links uit als rechts uit. De euforie is groot en er wordt aan alle kanten gejuicht. Wat een waanzinnig gevoel. Stoppen op je hoogte punt zeggen ze altijd want de wind is uit. Het word tijd om verder te gaan. Bekijk de video!

wingefoilen

“Iedereen gaat zuid”

Ons zeilseizoen begint pas, als we al veel boten naar het zuiden zien vertrekken, voor het orkaanseizoen. Dat begint officeel op 1 Juli. Zoals gewoonlijk blijkt van onze planning niks te kloppen. We blijven onverhoopt veel langer in nederland en het klussen aan de boot blijkt ook veel meer tijd in beslag te nemen. 1 November begint het zeilseizoen, voor ons is dat pas in Maart. Tobago slaan we niet over maar ook hier blijven we langer dan gepland. Wij proberen het seizoen zolang mogelijk te rekken, mocht er een dreiging van een orkaan onze kant op komen, dan zullen we beschutting moeten zoeken. Voor nu staat kitesurfen boven aan het lijstje. Daarna zullen we naar Martinique gaan. Iets waar we ook naar uit kijken omdat we onze boot weer vol kunnen stoppen met allemaal lekkers voor Europese prijzen. Nu was dat voor ons wel even schrikken, die Europese prijzen want wij hadden nog prijzen in ons hoofd toen we vertrokken in 2019! De Franse kaas, stokbrood en wijn zullen daarom extra lekker smaken.

Kite surfen staat vast in de agenda

Na Tobago zetten we koers naar Union Island. Met onze nieuwe kite garderobe nog in het plastic kunnen we haast niet wachten om het te gaan uitproberen. Na een hobbelige tochtje met niet veel slaap gooien we het anker uit in Clifton waar we moeten inklaren. We liggen hier achter het rif met de wind recht op de kop. Heerlijk rustig! Iets wat ik, vooral gemist heb toen we in Tobago waren. Je zou er bijna blijven liggen. De volgende dag varen we naar onze favoriete kitespot. Er liggen mooring’ s die gratis zijn. Uit onze ervaring liggen er ook nog een paar betonblokken zonder mooringbal. En zo hebben we de beste plek van de ankerbaai. Dichtbij de kant en geen swell!

Als al ons kitesurf materiaal is uitgestald op het dek. 4 planken, waar van twee met foil. 4 kites. Maten 8,10,12, en een wing 4.3., kunnen we aan de slag, zodat we met bijna elke wind sterkte kunnen kiten. Onze conditie moet nog worden opgebouwd want na 1 sessie van een paar uurtjes is de pap op. De volgende dag resulteert dat met spierpijn. Ook ik vind het elke keer weer te spannend maar na een paar dagen hebben we de smaak te pakken. Ik probeer het wing foilen onder de knie te krijgen. Dat gaat met vallen en op staan. De wind is net te licht om op foil te komen maar ik ben weer een stap dichterbij. De ene dag sta je met 10 kiters op het water de ander dag heb je het water voor jezelf. Zo hebben we geregeld in de late namiddag de baai voor ons zelf en kiten we tot de zon onder gaat.

kitesurfen tot de zon onder gaat.
Lees verder ““Iedereen gaat zuid””

Van Trinidad naar Tobago

Maandag 3 April gooien we los. Na 7 maanden Trinidad nemen we afscheid of zeggen eigenlijk tot ziens! We doen nog de laatste dingen en dan houd ons niks meer hier. De motor gaat aan, de lijnen los en daar gaan we. We varen nog even langs Sy Pandion, die liggen voor anker. Ook zij zijn klaar voor vertrek. Wij gaan naar Scotlandbay voor anker om daar nog een paar uur te wachten, Sy Pandion kiest meteen voor het ruime sop. 

Tactiek

Om van Trinidad naar Tobago te varen is geen fijne tocht en wordt daarom ook vaak overgeslagen. Als je van Suriname komt, is het heel logische om eerst Tobago aan te doen. Dat wilde wij toen der tijd ook maar covid liet dat niet toe. Toch willen we daar heen. We lezen veel pilots en praten met de lokale bevolking. Tegen de wind op kruizen is een lange moeizame weg want er staat veel stroming, ruim 3 knopen. Na zonsondergang neemt de landbries het over van de zeebries. Hier kun je dus van profiteren als je dichtbij de kust blijft. Ook de stroming is aanzienlijk minder. Maar hoe dichtbij moet je dan gaan? Zo dicht mogelijk als je durft zeggen ze. 

Het is windstil in de baai waar we voor anker liggen en de zon is al een paar uur onder. We maken even gebruik van de windstilte om het grootzeil te hijsen en er alvast een rif in te zetten, dan hoeven we dat niet op zee te doen. Om 21:00 varen we de baai uit naar open zee. We worden met 7 knopen door de bocas geperst maar de deining is best hoog omdat de wind en golven tegen de stroom in gaan. Gelukkig hebben we bijna volle maan en schijnt ze ons bij als we 200 meter van het land varen, waar je de golven ziet breken. Best spannend maar onze ogen wennen aan het donker, zien het contrast met zee en land goed en soms gaan we nog dichterbij want je merkt meteen als je te ver naar buiten vaart, je meer stroming hebt. Soms hebben we een counter current, als we gebruik maken van een baai. We worden er met 6 knopen uitgespuugd. Het is eigenlijk goed te doen, de golven zijn vervelend maar we houden toch een gemiddelde van 5 knopen. Na 9 motor uren bereiken we het einde van het land en komt de zon op. We hijsen de zeilen en zetten koers op Tobago.  We varen hoog aan de wind en moeten aardig prikken maar ook snelheid houden om niet weg te worden gezet door de stroming. De wind draait in ons voordeel en varen in 1 keer op ons doel af! 

Lees verder “Van Trinidad naar Tobago”

De “Big Splash”

Weken gaan over in maanden en voor een lange tijd wordt de klussenlijst alleen maar langer in plaats van korter. Enig uitzicht op een datum voor een tewaterlating komt niet in ons op en lijkt nog heel ver weg. Straks komen we niet meer weg, zoals velen die hier rond hangen en Trinidad tot hun thuis heeft gemaakt. Dat gaat ons niet gebeuren zeg ik heel stellig.

Dan ineens komt Akko terug van het kantoor van peake en staat er een datum gepland. Vanaf nu nog 2 weken. 13 Maart is de grote dag! Het einde is inzicht en dat alleen maar omdat er een datum staat. Ongeloofelijk hoe dit in je hoofd te werk gaat. De motivatie is weer helemaal terug en de ene klus naar de andere klus wordt met een groene markeerder doorsgesrreept en het lijkt ook nog haalbaar! Er word ook al nagedacht waar we straks voor anker gaan en het weer word in de gaten gehouden om naar Tobago te gaan!

Lees verder “De “Big Splash””

Terug in Trinidad

Na een verblijf van 4 maanden in Nederland, zien we dan eindelijk Choctaw weer terug. Dit keer missen we het vliegtuig niet en zitten we ruim optijd bij de gate. De reis loopt voorspoedig en de shuttle bus van de werf staat ons al op te wachten, als we met 100 kg bagage naar buiten lopen. Het is dan al donker en voor we op de werf zijn is het 23:00u. Bij de ingang geeft de bewaker ons een envelop met de sleutel van de boot, een pas voor het sanitair en een wifi code. Ook staat er een trap voor ons klaar zodat we meteen toegang hebben tot de boot. Wat een service hier bij Peake!

In de ochtend wakker worden met een palmboom in je kuip!
Lees verder “Terug in Trinidad”

Met de Franse slag in Guadeloupe

Ankerbaai in Deshaies

Na ons anker te hebben gedropt voor de kust van Guadeloupe bij Ilets Pigeon, moeten we echt even bijkomen van onze zeiltochtje van Puerto Rico. Normaal klaar je de zelfde dag in, en vaak is dat ook een vereiste maar hier in het Franse Guadeloupe gaat dat met de Franse slag. Waar wij dan ook maar gebruik van maken. Waar wij nu zijn kunnen we niet inklaren, daar voor moeten we 10 mijl naar het Noorden varen. Ons gele Quarantaine vlaggetje wappert al 3 dagen vrolijk heen en weer. Dan vinden we het wel tijd om in beweging te komen en ons in te klaren. In het dorpje Deshaies kun je dat doen. Geen mannen in uniformen of een officieel gebouw maar we lopen een klein souvenirs winkeltje binnen en in hoek staat een computer met een barkruk, tussen de armbandjes en koelkastmagneten. Hier mogen we ons inklaren in de computer het wordt uitgeprint en ondertekent door de eigenaar van de winkel!

Lees verder “Met de Franse slag in Guadeloupe”

¨Oostwaarts zeilen in de Caribische zee is een beproeving voor bemanning en schip¨ (Thorny Path)

Het plan van aanpak

We willen Oostwaarts! Dat houd in dat het geen relaxed tochtje word. We doen ons huiswerk en vergaren zoveel mogelijk informatie. Als we naar het weer kijken, hebben we wind uit het O.N.O die geleidelijk naar het O.Z.O draait, niet perfect maar het is mogelijk om in 1 lange slag naar Grenada te varen. Nog steeds aan de wind maar dan hoeven we niet eindeloos overstag te gaan. De voorspelling zegt 15 tot 20 knopen, golven 1,5 meter en tegen stroom 0,5 Kn. De beste manier is om met weinig wind door de Mona-Passage te gaan, dan naar Puerto Rico kruipen en onder de kust een paar slagen Oost maken, om hoogte lopen voor Grenada. De reden om dit te doen is omdat de golven, wind en stroming hier minder zijn.

Vertrek uit Samana

Links boven vertrek uit DR Samana. (Blauwe lijn)
Lees verder “¨Oostwaarts zeilen in de Caribische zee is een beproeving voor bemanning en schip¨ (Thorny Path)”

“Voor ons gevoel zijn we weer op ontdekkingsreis”

Foto gemaakt door SY Yndeleau

De ABC eilanden zijn leuk en fijn voor een poosje! Vooral de Nederlandse invloeden zijn heel makkelijk en lekker. De Jumbo, DA en Albert Hein, winkels waar we zo aan gewend zijn geraakt en waar je geblinddoekt door heen kan lopen om je producten in een handomdraai te vinden. Of de snackbar met frikandellen, kroketten en friet! Maar na een tijdje begint het toch weer te kriebelen naar het echte avontuur. We kunnen het niet laten en eten een dag voor vertrek nog even een frikandel speciaal en kopen we nog snel de oliebollenmix van Koopmans want met nieuwjaar moeten er oliebollen gebakken worden, dat is traditie natuurlijk.

Lees verder ““Voor ons gevoel zijn we weer op ontdekkingsreis””