Met de Franse slag in Guadeloupe

Ankerbaai in Deshaies

Na ons anker te hebben gedropt voor de kust van Guadeloupe bij Ilets Pigeon, moeten we echt even bijkomen van onze zeiltochtje van Puerto Rico. Normaal klaar je de zelfde dag in, en vaak is dat ook een vereiste maar hier in het Franse Guadeloupe gaat dat met de Franse slag. Waar wij dan ook maar gebruik van maken. Waar wij nu zijn kunnen we niet inklaren, daar voor moeten we 10 mijl naar het Noorden varen. Ons gele Quarantaine vlaggetje wappert al 3 dagen vrolijk heen en weer. Dan vinden we het wel tijd om in beweging te komen en ons in te klaren. In het dorpje Deshaies kun je dat doen. Geen mannen in uniformen of een officieel gebouw maar we lopen een klein souvenirs winkeltje binnen en in hoek staat een computer met een barkruk, tussen de armbandjes en koelkastmagneten. Hier mogen we ons inklaren in de computer het wordt uitgeprint en ondertekent door de eigenaar van de winkel!

Valwinden

De Ankerplek in Deshaises is niet heel groot maar wel druk. Het ankergebied loopt snel de diepte, met 50 meter ketting lig je al snel vooraan, als er plek is. Gelukkig hebben wij 80 meter en liggen we vrij van iedereen. Het is een leuk dorpje alleen de valwinden houden ons in de greep om niet van boord te gaan. Een valwind is een sterke neerwaartse luchtstroom, die lucht met een hoge dichtheid vervoert vanaf grote hoogte onder invloed van de zwaartekracht. Ze komen veelal voor, in of aan de rand van bergachtige gebieden. Een valwind kan gepaard gaan met zware windstoten en neerslag. De valwinden duren maar even en dan is er ineens geen wind. Een schip aan een ankerketting heeft de neiging om naar voor te gaan door het gewicht van de ketting als er geen wind is. Als er dan een valwind voorbij komt die van alle kanten kan komen en met 40 knopen voorbij raast, zwenkt de boeg weg omdat de ankerketting nog niet strak staat. Dit brengt veel onrust aanboord en slapeloze nachten. Je schip alleen achter achterlaten is dan ook geen optie meer. We ervaren dit langs de hele west kust van Guadeloupe helaas. Slapen doen we niet heel goed en hebben daarom weinig van de westkust gezien. Het stokbrood, kaasfondue , brie en wijn brengen onze herinneringen terug aan Martinique waar we een fijne tijd met de SY Zeevalk hadden!

De westkust is ruig, groen, en heel veel regenbogen!

Guadeloupe en Martinique

Het zijn beide Franse eilanden en hebben veel Europese invloeden. Toch verschillen ze veel van elkaar. Martinique bestaat uit één eiland terwijl Guadeloupe uit zeven eilanden bestaat. Basse-terre en Grande-Terre word verbonden met een brug en wordt het vlinder eiland genoemd en is ook het grootst. Aan de zuid kant heb je de eilanden groep Iles des Saintes. Terre de Haut, Terre de bass, Grand ilet. Marie- Galant en La Desirade. liggen er wat verder vandaan. Allemaal totaal anders. Het is een leuk en variërend zeilgebied. Omdat we vorig jaar 3 maanden in Martinique waren kunnen we ze aardig vergelijken en vind ik Guadeloupe minder ontwikkeld maar de mensen zijn meer open en vriendelijker.

Ilet des Saintes

Na een week laten we de westkust van Guadeloupe voor wat het is. We hijsen de zeilen met een gezonde spanning en bereiden ons voor op het ergste, dan kan het altijd mee vallen. Tussen de eilanden kan het aardig spoken. Ze noemen het ook wel de wind acceleratie zones. De wind die op zee staat wordt tussen de eilanden door geperst en wordt verdubbeld. Daarbij krijg je te maken met stroming en ruige zee maar het belooft een perfecte zeiltocht worden. Een aan de windse koers met een paar rakken op een vlakke zee. De zeilen zijn mooi getrimd. De boot is in balans en we vergeten helemaal dat we op de hand aan het sturen waren. De boot stuurde zich zelf zonder af te wijken van de koers!

Terre de Haut

Dit eiland heeft meerdere anker spots met moorings, je mag ankeren achter de gele boeien lijn maar hier is het dan al gauw 15 tot 20 meter diep. De moorings zijn favoriet en er wordt echt een wedstrijd van gemaakt. Vol gas zie ik 3 boten op een boei af gaan. Gekker werk, wij hebben meerdere keren geluk als er boeien vrij zijn en we keus hebben. Na een fijne zeiltocht en een goede nacht rust lijkt het wel of we eindelijk geland zijn en kunnen genieten van Guadeloupe! Tussen het wandelen en snorkelen door, wordt de overdracht van de verkoop van het huis, via een live verbinding met de notaris volbracht. Ook onze koelkast wordt levende gehouden door Akko. Zolang dat gaat, hoeven we nog niet zo nodig naar haven in Pointe a Pitre, waar een monteur ons gaat helpen.

De werking van de koelkast bereikt zijn grens.

Om in Ponte a Pitre te komen hebben we weer een zeil tripje voor de boeg. Ook dit keer in de wind. We kruizen omhoog en de wind draait gunstig, om het eilandje Le Gosier aan te doen. Pointe a Pitre wordt uitgesteld en zo liggen we nog paar dagen heerlijk achter het eilandje. De koelkast moet nu iedere dag bijgevuld worden met gas om te kunnen blijven werken. Als het laatste gasflesjes bijna op is, wordt het tijd om naar de haven te gaan. Omdat we een afspraak hebben met de monteur hebben ze nog een plekje in haven waar we geen stroom en water aan de steiger hebben. Voor ons geen probleem en helemaal als het lig geld maar 15 euro per dag is. Voor het eerst op onze reis besteed Akko een klus uit. De monteur is erg vriendelijk en kan voor het eerst sparren met een klant die weet hoe het technische in elkaar steekt. Hij vertelde dat hij nog niet had mee gemaakt dat de koelkast van een klant nog werkte bij aankomst. De koelkast is snel gemaakt! en draait nu op een ventilator in plaats dat de koelkast met het buitenwater koelt. Voor nu is het probleem opgelost. Er is alleen een probleem bijgekomen…….

Ongenode gast aanboord

Vannacht schrok ik wakker omdat ik dacht dat er iemand aan mijn voet zat, het voelde zo echt dat ik het licht aan deed om te kijken wat het was. Het was geen Akko, vogel of vleermuis maar wat was het dan?…. Ik zei van de week nog tegen Akko: “we hebben best geluk dat we nog niet serieus ongedierte aan boord hebben gehad” . Op wat beestjes in de meel na dan. Had ik dat maar meteen afgeklopt. Vanmorgen ontdekte we namelijk een gat in onze baguette. We kijken elkaar meteen geschokt aan, het zal toch niet. We liggen 1 nacht in een haven en nu al een muis. Niet veel later wordt ons vermoeden bevestigd en ook mijn plaaggeest van afgelopen nacht, muizenkeutels. Zou een muis, nadat hij zijn buik heeft volgegeten, de boot weer hebben verlaten? En zou hij de volgende keer zijn vriendjes uitnodigen?

” deel 2″ we maken een val en zetten hem klaar als we een hapje gaan eten op de kant. Bij terugkomst is de val onaangetast en zit de pindakaas nog op de deksel. Ook geen sporen van keutels. Het lijkt erop dat hij niet aanwezig is. Midden in de nacht als Akko naar het toilet gaat, kijkt hij door het patrijspoortje naar buiten en staat oog in oog met de indringer. Ook ik zie hem voorbij schieten buiten op het dek. Ik schrik want ik had mij meer een Hollands spitsmuisje voorgesteld. Binnen een record tijd zijn alle 13 patrijspoorten en 4 luiken dicht, als intussen Akko met een stuk hout naar buiten rent om de indringer te verjagen. We zijn helaas het voorluik vergeten en het lijkt dat ie zich nu in het vooronder verschanst. De val moet nu zijn werk gaan doen als wij weer verder proberen te slapen. Dat lukt dus niet, we horen hem en met de zaklamp erbij zien we hem in totaal drie keer wegglippen. De slimmerik weet de pindakaas van het deksel te snoepen zonder in de bak te vallen. We weten nu dat hij zich schuilhoudt in het vooronder, we verplaatsen de val naar voren en we sluiten de deur naar de cabine. Ik hoop dat we nu wel kunnen slapen want al onze sensoren staan op scherp. De volgende ochtend blijkt de val leeg, of zouden we hem de stuipen op het lijf gejaagd hebben en is ie vertrokken. Ons vermoeden wordt bevestigd als er ratten keutels in het gangboord van de buurboot liggen die er gisteren nog niet lagen. Ze springen gewoon over van de ene boot naar de andere! Vanochtend hebben we het vooronder helemaal leeg en schoon gemaakt, geen rat! We hopen dat hij ons is ontglipt en van boord is gestapt. Voorlopig houden we de boot potdicht als we weg gaan. Enige oplossing, zo snel mogelijk de haven uit.

” deel 3″ Het word toch een 3 of hopelijk geen 4 luik. Wij waren er van overtuigd dat er geen rat meer aan boord was. Uit voorzorg hebben we beide onbewoonde buur boten van ons af geduwd om te voorkomen dat onze eventuele indringer niet kan overspringen. Daarnaast hebben we de boot hermetisch afgesloten, dacht ik. We slapen die nacht als een roos! Als ik ochtends wakker wordt ben ik ervan overtuigd dat we de strijd gewonnen hebben. Ik stap uit bed en zie dat de koekkoek open staat. Hij is er weer! of is er nog steeds, roep ik tegen Akko, die nog half slaapt. Hij gelooft me niet. Ik zie overal keutels en ook een plasje….. ik krijg kippenvel en jeuk tegelijk. Waarom heb je de koekkoek open gedaan vraag ik? Ik zie ook een groot gapend gat in een banaan. We gaan alle theorieën na want buiten op het dek liggen ook verse keutels. Dit keer gaan we voor het zwaardere geschut. Hij heeft zijn kans gehad om levend gevangen te worden en vrij gelaten te worden. We zijn inmiddels de haven uit met of zonder indringer.

” Einde deel 4. Het klinkt wel heel stoer om voor het zware geschut te gaan, maar wat als hij er maar half in zit. Dan leeft hij nog! Dood maken is echt niet mijn ding, ik heb al de grootste moeite met een vis. Daarbij komt kijken dat je die rat moet aanraken, straks bijt hij nog. Dan heb ik zeker één of ander virus te pakken. Levend overboord zetten kan ik niet over mijn hart verkrijgen. We liggen voor anker en de val met pindakaas wordt toch gezet. Ik hoop zo, dat de rat slimmer is dan wij en al van boord is gegaan, toen wij de motor starten en weg voeren. Het wordt een slechte nacht met al die scenario’s in mijn hoofd en wachtend tot die val misschien af gaat. Toch blijft het stil die nacht. Als ik wakker wordt is de pindakaas op de val onaangeroerd en staat de klem nog steeds op scherp. Op mijn knietjes doorzoek ik de boot op e.v.t sporen. Buiten is ook niks te vinden. Er helemaal zeker van ben ik nog niet. Als ik de boot grondig heb schoongemaakt, begin ik te geloven dat de rat op tijd is afgestapt en een andere booteigenaar heeft opgezocht om lastig te vallen!

Van Le Gosier naar Saint- Francois

We ankeren nog één nacht bij Le Gosier. Ook Saint Francois ligt pal in de wind, maar de wind neemt af en als we vroeg gaan kunnen we op de motor in de luwte van eiland onze weg zuid maken. De theorie werkt, we varen over een vlakke zee met een opkomende zon. Dat gebeurd niet vaak aanboord van Choctaw! Na 3 uur varen bereiken we Saint- Francois. De ingang is smal en het is noodzaak om tussen de boeien te blijven, want er liggen om ons heen allemaal riffen. In de ankerbaai is het ook beperkt qua diepgang. De kapitein zou de kapitein niet zijn als hij niet de grens zou opzoeken. We varen de monohulls voorbij en ook de catamarans, als ik onder tussen voorop sta en zie dat het steeds ondieper wordt. ¨Hoeveel meter onder de kiel nog¨…? 30 cm hoor ik de kapitein zeggen, laat het anker maar vallen. We liggen voor iedereen en hebben het mooiste uitzicht met nog maar 30 cm ruimte onder de kiel…. Het getij zakt nog iets en als de wind zo blijft is er niks aan de hand, hoor ik de kapitein nog zeggen. Tegen schemer voelen we zo nu en dan een bonk, we hebben nog maar 10 cm onder de kiel en de wind is gedraaid die ons nu naar een ondiepte duwt. Het bonken neemt toe en dat is geen comfortabel gevoel. De motor wordt gestart maar in het donker anker op is niet erg slim. De oplossing is een tweede anker die ons weer naar een dieper stuk brengt. We liggen weer vrij van de zandbodem! De bedoeling was om hier te gaan kiten maar de wind blijft uit.

Saint- Francois

De Sy Puff is in aantocht

Dan ineens is het besluit genomen, we gaan naar Dominica! Er is nog één dag goede wind, daarna wordt het windstil. We huren een auto om boodschappen doen. De decatlon en de grootste watersportwinkel van het eiland worden ook aangedaan en Choctaw is weer vol geladen met eten en spullen. SY Puff hebben we intussen al meer dan twee jaar niet gezien, maar altijd contact gehouden. Ze zijn nu zo dichtbij dat het tijd wordt om ze weer te gaan zien. Vanuit waar wij zijn is het een perfecte start om naar Dominica te varen met halve wind. 45 mijl voor de boeg met een ruime wind, dat voelt zo relaxed en makkelijk na al die aan de windse zeiltochtjes. We komen bij schemer aan en ankeren naast de SY Puff! Het weerzien voelt als van ouds en het lijkt net of we elkaar gisteren nog hebben gezien.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *